Tickets

Trippen!

gepubliceerd op 15 november 2019

Trippen is eigenlijk een festival in je hoofd. Je bivakkeert op een unieke plek waar je eigenlijk nooit komt, daadwerkelijk ver weg van de grijze massa. Alles waar jij van houdt, wordt flink versterkt. Je beleeft muziek intens, vrienden worden nog liever, dagelijkse stress is even ver weg en je herkent de schoonheid in zaken die je normaliter voor lief neemt. Het kan ook fungeren als een resetknop voor je brein, want na een heftige trip ben je vaak weer blij de wereld nuchter te zien en kun je er weer met een frisse blik tegenaan.

Nou is trippen in de basis eigenlijk jezelf vergiftigen waardoor je in een roes belandt. Bepaalde hersenfuncties er dus even gruwelijk van langs geven, waardoor je bijvoorbeeld opeens bij het plassen in je rietfilter in een ravijn á la de Marianentrog lijkt te staren. Vergiftigen klinkt eng, maar is af en toe best lekker, dus besloten we op de Mañana Mañana-redactie het bloedeerlijke tripverhaal – met een dikke knipoog – van Yvette met jullie te delen. Er leiden vele wegen naar Atlantis, de één neemt een persoonlijke spirituele en verrijkende ontdekkingsreis met ayahuasca en de ander een ontspannen gezamenlijk feestje met alcohol en drugs. Zij koos voor het laatste. We hebben in ieder geval gruwelijk gelachen.

DISCLAIMER: Net als met alles in het leven raden we je aan om trippen met (o.a. nuchtere) vrienden te doen. Zo kun je een beetje op elkaar letten als iemand even gruwelijk bakzeil haalt in een K-hole. Oja, op Mañana Mañana serveren we overigens een keiharde psychedelische cocktail van muziek, theater, natuur en géén chemicaliën. Drugs gebruiken doe je thuis maar. Keep it bio, yo.

..

.

Recept van het verhaal: FALAFEL, BIER, HASJ, MDMA & LSD
‘Het lieve omaatje van een vriend van mij ging naar het bejaardentehuis en wij mochten samen het huis bewonen tot het was verkocht. Na 13 dolle maanden was er een koper gevonden en besloten we met vrienden en vriendinnen als afscheid een psychedelische barbecue te houden. Vanaf een uurtje of twee ’s middags staken we het vuur aan en braadden we falafel, dronken we bier en teugden we aan een vredespijp ramvol met de fijnste maroc. De bodem was gelegd, de energie hoog en de teamspirit sterk. Eddie haalde vervolgens een kristal MDMA tevoorschijn en plaatste deze op tafel. Als jonge koeien in een lenteweide dook iedereen op de psychedelische liksteen. Het nummer ‘High Noon Amsterdam’ van Masters of Reality kickte in en de stoffen begonnen hun werk te doen: EUFORIE, TOTALE ONTSPANNING en ENERGIE ineen. Lekker even de boel de boel. Een half uur later lag iedereen zwetend verspreid door de tuin der lusten. Vanaf het balkon werd er gejoeld naar buurluitjes, dachten wij. Khaled besloot in plaats van de liksteen een zegel LSD op zijn tong te leggen en stond inmiddels doodsangsten uit in de kelder van het huis. ‘Waar komen deze geluiden vandaan?’ piepte hij als een seniele bosmuis. We besloten hem op bed te leggen en door zijn tijdelijke crisis te praten, dit interpreteerde hij als het toedienen van de laatste sacramenten en hij dacht dat zijn hart het begaf. Dat iemand ondertussen op het dak van de slaapkamer klom, droeg bij aan zijn paranoïde eenmanshel. Inmiddels was iedereen al weer afgeleid en moest Khaled deze bad trip alleen te lijf. Godspeed, kearltjen! Ik zat vervolgens op het balkon te converseren met Olga. Al pratend kreeg ze een snor, een baard en na één keer knipperen met de ogen was ze weer kaal en had ze een gele huidskleur. De donderse liksteen begon mij in het ootje te nemen. Beneden zagen we een verdwaasd omaatje rondlopen, ze wilde mensen aanspreken, maar niemand schonk haar aandacht. Zielig! Mijn balkonmattie Olga kon het niet langer aanzien en begon aan de afdaling richting tuin, een odyssee van aanzienlijke proporties in haar huidige staat van zijn. Na ogenschijnlijk ontelbare lichtjaren schreeuwde ze ‘Het is Khaled’. Ze stonden hand in hand en breed lachend. Die liksteen weer, miljaar! Inmiddels trok Edwin zijn kleren uit en dook in de vijver. Deze poel van ongeveer 30 cm diep tooide zijn lichaam in zwarte drab. De bel ging. Edwin toog naar de voordeur, omhelsde de eenzame reiziger en nam de bestelling van de biertaxi in ontvangst. Als een koning werd Edwin weer onthaald en het vreugdevuur buiten nogmaals aangestoken. De vlammen likten vervaarlijk de luiken van de woning, maar met bijsproeien wisten we de schade te beperken. Het werd vanzelf weer maandag en zwetend zat ik opeens in een werkvergadering. ‘Yvette, wat vind jij er dan van?’ vroeg de teamleider. Ik begon te beven, te zweten, kon niets uitbrengen en liep de vergaderruimte uit om nooit meer terug te keren. Achteraf was die nare drugskater, die me een week aan bed heeft gekluisterd, een ‘blessing in disguise’. Door dit akkefietje, wat tot mijn ontslag leidde, volgde ik mijn hart en solliciteerde ik naar mijn huidige droombaan bij Mañana Mañana. Waar een beetje trippen al niet goed voor is.’

Kusjes,
Yvette